Het Fisher-effect illustreert de relatie tussen inflatie, reële rente en nominale rentetarieven door te laten zien dat de reële rente wordt bepaald door de nominale rente minus de verwachte inflatie. Het Fisher-effect toont een verschuiving in de aanbod- en vraagcurves voor obligaties als de rentetarieven naar verwachting zullen stijgen. Als de inflatie naar verwachting zal stijgen, dalen de obligatiekoersen samen met de verminderde vraag naar obligaties.
Als obligatiebeleggers verwachten dat de inflatie in de toekomst zal stijgen, zullen ze nu waarschijnlijk minder obligaties kopen. Toekomstige inflatie zal de reële rente uithollen als rendement op die obligaties. Aan de andere kant zullen bedrijven meer obligaties willen uitgeven als de inflatie naar verwachting zal toenemen. Bedrijven kunnen die schuld in de toekomst dan met opgeblazen dollars betalen. Deze dynamiek verhoogt het aanbod van obligaties terwijl de vraag afneemt, waardoor de aanbodaanbodcurve en de obligatievraagcurve verschuiven. Die curves komen weer in evenwicht met lagere obligatiekoersen met hogere rentetarieven. Obligatieprijzen en rentetarieven hebben een omgekeerde relatie.
Nominale rentevoet is de rentevoet zonder rekening te houden met de inflatie. Het is de basisrentetarief die wordt aangehaald voor leningen en bankdeposito's. Een spaarrekening kan bijvoorbeeld een rente van 3% betalen; dit is het nominale tarief. De reële rente kan echter anders zijn. De nominale rentevoet houdt geen rekening met de impact van inflatie. Als de nominale rentevoet 3% is en de inflatie is 2. 5%, dan is de reële rente van de spaarrekening slechts 0. 5%. Zo kan de reële rente worden geschat door de nominale rente minus de verwachte inflatie te nemen.
Wat is het verschil tussen afnemende marginale rendementen en rendementen op schaal?
Begrijpt de belangrijkste verschillen tussen de wet van afnemende marginale rendementen en het concept van terugverdientaken via eenvoudige voorbeelden.
Hoe illustreert een kapitaalrekening de kracht van beleggingsmarkten voor een land?
Begrijpen wat de kapitaalrekening van een land is en hoe het kapitaalrekeningniveau kan worden gebruikt om de sterkte van de investeringsbelangen in het land te peilen.
Hoe verhouden het rendement op gemeentelijke obligaties zich tot dat van andere obligaties?
Leren hoe belastingvrije gemeentelijke obligaties een beter rendement kunnen opleveren dan andere soorten obligaties, en de risico's van gemeentelijke obligaties begrijpen.