Wat is het verschil tussen het inkomenseffect en het substitutie-effect?

Wie mag er beginnen bij een debat? (September 2024)

Wie mag er beginnen bij een debat? (September 2024)
Wat is het verschil tussen het inkomenseffect en het substitutie-effect?
Anonim
a:

De economische concepten van inkomenseffect en substitutie-effect drukken veranderingen in de markt uit en hoe deze veranderingen de consumptiepatronen van consumptiegoederen en -diensten beïnvloeden. Het inkomenseffect drukt de invloed van de toegenomen koopkracht op de consumptie uit, terwijl het substitutie-effect beschrijft hoe de consumptie wordt beïnvloed door de relatieve prijzen te wijzigen. Verschillende goederen en diensten ervaren deze veranderingen op verschillende manieren. Sommige producten, inferieure goederen genoemd, nemen over het algemeen af ​​wanneer de inkomens toenemen. Consumentenbestedingen en consumptie van normale goederen nemen doorgaans toe met een hogere koopkracht, in tegenstelling tot inferieure goederen.

Luxe artikelen zijn normale goederen. Huishoudens met een hoger inkomen geven doorgaans meer uit aan luxeartikelen. Naarmate het gezinsinkomen en de koopkracht toenemen, worden meer luxegoederen verkocht en neemt de vraag naar deze producten toe. Kortingskleding is een voorbeeld van een inferieur goed dat veel consumenten afwijzen bij hogere inkomensniveaus. De vraag naar normale goederen en de vraag naar inferieure goederen heeft een negatieve covariantie. Met andere woorden, ze bewegen in omgekeerde richtingen.

Omdat de kosten ten opzichte van elkaar veranderen, kunnen consumenten ervoor kiezen minder van het ene item en meer van het andere te kopen. Als, bijvoorbeeld, de kosten van het kopen van een in het buitenland gemaakt voertuig sneller stijgen dan de kosten van een Amerikaans voertuig, begint de verkoop van nieuwe voertuigen Amerikaanse voertuigen te bevoordelen. De marktvraag verandert wanneer het ene item tegen een lagere kostprijs kan worden vervangen door het andere. Het substitutie-effect verandert de consumptiepatronen ten gunste van het meer betaalbare alternatief. Zelfs een bescheiden prijsverlaging kan een duurder product echter aantrekkelijker maken voor consumenten. Als privé-collegegeld duurder is dan collegegeld voor openbare colleges, worden consumenten aangetrokken tot openbare colleges. Elke verlaging van privé-collegegeld motiveert meer studenten om privéscholen te gaan volgen. Deze daling vertegenwoordigt een relatieve prijswijziging en heeft gevolgen voor de universiteitsmarkt.