Zowel de relatieve sterkte-index (RSI) als de stochastische oscillator zijn prijsmomentumoscillatoren die worden gebruikt om markttendensen te voorspellen. Ondanks hun vergelijkbare doelstellingen, hebben ze heel verschillende onderliggende theorieën en methoden. De stochastische oscillator is gebaseerd op de aanname dat de slotkoersen bijna dezelfde richting moeten volgen als de huidige trend. De RSI volgt overbought en oversold niveaus door de snelheid van prijsbewegingen te meten. Meer analisten gebruiken de RSI via de stochastische oscillator, maar beide zijn bekende en gerenommeerde technische indicatoren.
J. Welles Wilder Jr. ontwikkelde de RSI door recente winsten in een markt te vergelijken met recente verliezen. RSI-waarden lopen van 0 tot 100 en worden geplot op een regel onder de prijsgrafiek. Het middelpunt van de lijn is 50. Wanneer de RSI-waardetrends boven de 70 liggen, wordt de onderliggende waarde als overbought beschouwd. Omgekeerd wordt het activum beschouwd als oververkocht wanneer de RSI lager dan 30 is. Handelaren gebruiken de RSI ook om steun- en weerstandsgebieden te identificeren, verschillen ter plaatse voor mogelijke omkeringen en signalen van andere indicatoren te bevestigen.
Stochastische oscillatoren zijn gemaakt door George Lane. Lane geloofde dat de prijzen dicht bij hun hoogtepunten sluiten in opwaartse markten en in de buurt van hun dieptepunten in downtrending. Net als de RSI worden stochastische waarden geplot in een bereik dat is begrensd tussen 0 en 100. Overbought-condities zijn aanwezig wanneer de oscillator boven de 80 is en het activum als te veel wordt beschouwd wanneer waarden onder de 20 liggen. Stochastics gebruikt eigenlijk twee lijnen (bekend als K- en D-lijnen) ) en een crossover-analyse kan worden uitgevoerd op basis van de relatie tussen elk van hen.
Over het algemeen is de RSI nuttiger in trending markten, en stochastics zijn nuttiger op zijwaartse of woelige markten. De RSI is ontworpen om de snelheid van prijsbewegingen te meten, terwijl de stochastische oscillatorformule het best werkt in consistente handelsbereiken.
Wat zijn de verschillen tussen Relative Strength Index (RSI) en Commodity Channel Index (CCI)?
Lezen over enkele van de belangrijkste verschillen tussen de relatieve sterkte-index (RSI) en de commodity channel-index (CCI).
Wat zijn de belangrijkste verschillen tussen Williams% R oscillator en de Relative Strength Index (RSI)?
Leren over de Williams% R-indicator en hoe deze momentumoscillator verschilt van de relatieve sterkte-index (RSI), zowel bij de berekening als bij de interpretatie.
Wat zijn de belangrijkste verschillen en overeenkomsten tussen de Money Flow Index (MFI) & Relative Strength Index (RSI)?
Leren onderscheid te maken tussen de relatieve sterkte-index (RSI), een populaire momentumoscillator en de geldstroomindex (MFI), vaak de volumegewogen RSI genoemd.