Inhoudsopgave:
Verscheidene decennia na de introductie ervan, blijft het Heckscher-Ohlin-model van internationale handel grotendeels theoretisch, aangezien heel weinig moderne economieën de vereenvoudigde versies simuleren die in de theorie worden gepresenteerd. Bovendien gaat het model uit van een puur concurrerende markt die vandaag niet noodzakelijkerwijs haalbaar is.
Uitleg van het Heckscher-Ohlin-model
In het Heckscher-Ohlin-model worden twee landen verondersteld twee goederen te produceren en verschillende hoeveelheden van twee productiefactoren te hebben: arbeid en kapitaal. Van een land met een relatieve overvloed aan kapitaal wordt verondersteld dat het ook kapitaalintensieve industrieën heeft, en een land met een relatieve overvloed aan arbeid wordt verondersteld arbeidsintensieve industrieën te hebben. De theorie is dat deze bronverschillen gunstige handel tussen de twee landen veroorzaken, waarbij elke exporterende goederen geproduceerd zijn met behulp van de overvloedigere productiefactor van het land. Zo wordt verondersteld dat een land met een grote, goedkope arbeidskracht arbeidsintensieve goederen produceert en deze goederen vervolgens naar een land verhandelt dat kapitaalintensieve producten produceert.
Uitdagingen in Real-World-toepassing van Model
Echte uitdagingen zijn aanwezig bij elke toepassing van een theoretisch model. In het Heckscher-Ohlin-model omvatten deze uitdagingen handelsbelemmeringen opgelegd door regeringen of het gebrek aan infrastructuur van een land en variaties in de vraagniveaus. Sommige landen hebben beleid dat de invoer van bepaalde goederen beperkt, wat de vrijhandel verstoort. Andere landen missen de infrastructuur die nodig is om hun goederen te vervoeren, waardoor ze minder goed kunnen deelnemen aan internationale handel. De vraag van consumenten naar een goed komt niet noodzakelijk overeen met het vermogen van een land om dat goed te produceren of te verhandelen.
Hoewel het model de voordelen aantoont van internationale handel tussen landen met comparatieve voordelen, kunnen de aannames van Heckscher-Ohlin niet elke moderne economie volledig verklaren.
Welke naties zijn actief bezig met het werven van directe buitenlandse investeringen (FDI)?
Begrijpt het concept van buitenlandse directe investeringen en leert welke landen het meest enthousiast buitenlandse investeringen nastreven.
Welke naties anders dan de VS hebben een risicovrije rentevoet?
Ontdek welke landen een risicovrij rendement hebben. Dit is meestal de opbrengst van een biljet van 3 maanden en kan in sommige delen van de wereld negatief zijn.
Welke statistieken worden gebruikt om de effectiviteit van een marketingstrategie te meten?
Begrijpen waarom bedrijven behoefte hebben aan degelijke marketingstrategieën en hoe ze de effectiviteit van marketing nauwkeurig kunnen meten met specifieke statistieken.