Hoe meten economen positieve en negatieve externaliteiten?

Bedreigen milieuwetten onze economie? (November 2024)

Bedreigen milieuwetten onze economie? (November 2024)
Hoe meten economen positieve en negatieve externaliteiten?
Anonim
a:

In de economie wordt een externaliteit gedefinieerd als een kost of een voordeel van een derde partij als gevolg van een economische activiteit waarop de derde geen band heeft. Economen gebruiken evenwichtsmodellen die kortweg externaliteiten meten als een verlies of winst als gevolg van verschillen tussen sociale en individuele marginale kosten of voordeelcurves. Echter, van theorie naar praktijk gaan, creëert schattingsproblemen, omdat het effect van externaliteiten soms onbekend is. Om externe effecten in de praktijk te meten, gebruiken economen kwantitatieve methoden (kosten van schade, controlekosten), kwalitatieve methoden (kwalitatieve behandeling) en hybride methoden (weging en rangschikking).

In theoretische evenwichtsmodellen gebruiken economen marginale voordelen (MB) en marginale kosten (MC) curven om de externaliteiten te berekenen. Overweeg een positieve externaliteit waarbij een persoon tweemaal per dag zijn handen wast en stopt met het verspreiden van de infectie. Als deze persoon zijn handen meer dan twee keer wast, kost het hem (tijd, meer zeep), maar de maatschappij heeft baat bij minder infectie. In dit geval is het voordeel voor de persoon minder dan het voordeel voor de samenleving en is de MB-curve (of de vraagcurve) van de persoon minder dan de MB-curve van de samenleving.

De positieve externaliteit wordt vervolgens gemeten als het buitenkanseffect boven de individuele MC-curve en onder de MB-curve van de vereniging, beperkt door de verticale lijn die door een evenwichtshoeveelheid voor het individu gaat. Dezelfde meettechniek is van toepassing op de negatieve externaliteit, behalve dat de MC-curve van de samenleving groter is dan de individuele MC-curve.

Het schatten van externaliteiten in de praktijk is veel moeilijker dan in theorie, omdat marginale kosten en marginale voordeelcurven zelden volledig worden waargenomen, en omdat hun schattingsproces gepaard gaat met uitdagende statistische problemen. Soms is de volledige omvang van het externaliteiteneffect niet bekend. De twee belangrijkste kwantitatieve methoden die door economen worden gebruikt om externe factoren te beoordelen, zijn de kosten van schade en controlekosten.

Bijvoorbeeld, in het geval van een olieramp, kwantificeert de kosten van de schademethode de schoonmaakkosten die nodig zijn om de vervuiling te verwijderen en de habitat in zijn oorspronkelijke staat te herstellen. Anderzijds gebruiken de kosten van de controlemethode de kosten van het beheersen van de externaliteit als een proxy voor de schade die kan ontstaan.

De kwalitatieve methode voor het beoordelen van externaliteiten die veel wordt gebruikt door milieuactivisten, wordt een kwalitatieve behandeling genoemd. Deze methode plaatst geen cijfers achter externaliteiten, maar geeft eerder aan welk effectniveau een bepaalde gebeurtenis heeft op het milieu, zoals geen impact, matige impact of significante impact.Ook is een wegings- en rangschikkingsmethode ontwikkeld die een hybride is tussen kwalitatieve en kwantitatieve methoden. Deze methode wijst gewichten en rangen toe aan externaliteiten om hun impact te evalueren en wordt vaak gebruikt door nutsbedrijven.

Er zijn voordelen en nadelen verbonden aan het gebruik van een methode. Kwantitatieve methoden zijn bijvoorbeeld handig, omdat ze een geschat aantal op externaliteit plaatsen, maar gebrek aan gegevens is de grootste belemmering voor het gebruik van kwantitatieve methoden. Kwalitatieve methoden daarentegen zijn zeer flexibel en adaptief, maar ze hebben te lijden onder de subjectiviteit van de beslissingsnemer die effectbeoordelingen uitvoert. Hybride methoden proberen de twee andere categorieën in evenwicht te brengen, waarbij ze hun voor- en nadelen erven.